Hadrian's Wall Path



In de meivakantie van 2018 vertrokken we met de boot van IJmuiden naar Newcastle om daar het Hadrian's Wall Path te gaan lopen, een 135 km lange route door Noord Engeland van de oostkust naar de westkust.
We liepen de tocht in 8 dagen, zodat we voldoende tijd hadden om van alles te bekijken en waardoor we ook extra kilometers maakten. We liepen er 194 en bezochten behalve de overblijfselen van de Romeinse muur met zijn torens en forten ook een aantal interessante plaatsjes ten zuiden van de route.

30-04-2018 Wallsend Newcastle 16 1/2 km
01-05-2018 Newcastle Wylam 22 1/2 km
02-05-2018 Wylam Corbridge 33 km
03-05-2018 Errington Arms Chollerford 16 km
04-05-2018 Chollerford The Sill 22 km
05-05-2018 The Sill Lanercost 27 1/2 km
06-05-2018 Lanercost Carlisle 29 km
07-05-2018 Carlisle Bowness-on-Solway 27 1/2 km
08-05-2018 De terugreis


Wallsend-Newcastle
Na een vrij onrustige boottocht startten we op deze stralende ochtend ons Romeinse avontuur in het Segedunum in Wallsend. Het museum was een mooi intro op onze komende tocht en na aanschaf van een stempelpaspoort konden we meteen onze eerste stempel laten zetten. Die was binnen, nog voor we ook maar een stap op de route gezet hadden.
Onder het genot van een heerlijk zonnetje zetten we echter onze eerste stappen op weg naar de Ierse zee, de Tyne volgend. Met onze flinke rugzakken vielen we enigszins op en de plaatselijke bevolking had meteen door waarnaar we op weg waren. Hier en daar stonden we daarom stil voor een praatje en werden we voorzien van goede tips om maar niets van al het moois te hoeven missen. We kwamen ook nog wat tegenliggers tegen, bijna klaar met de route en ze konden nog lachen.
Wij liepen rustig naar Newcastle, een niet al te lange etappe, wat ons de gelegenheid gaf de stad een beetje te verkennen. De vele bruggen op een rij maakten indruk en natuurlijk kon ook het kasteel niet ontbreken op deze ontdekkingstocht.We vereerden het met een bezoek en hadden een mooi uitzicht vanaf dat kasteel.
's Avonds zagen we hoe een man met veel bombarie in de boeien werd geslagen in het centrum, maakten kennis met de gaarkeuken onder een brug, waar het vol stond met hongerige magen en hadden we moeite ons hostel te bereiken met al die grote wegen door de stad. Ook dat is Newcastle.




Newcastle-Wylam
Om 9 uur vertrokken we , de Tyne weer volgend en lieten zo Newcastle achter ons. We genoten volop van de prachtige gele brem die langs de Tyne te vinden is.Lange tijd volgden we de waggonway, een voormalige spoorbaan voor kolentransport, maar nu een fietspad. Waar de route rechtsaf ging richting Heddon-on-the-Wall liepen wij rechtdoor, langs het geboortehuis af van George Stephenson, een beroemde spoorwegpionier uit vervlogen tijden. Einddoel voor vandaag was Wylam, waar we een kamer geboekt hadden in het Laburnum, een heel aardig guesthouse. We hadden nog tijd voor een ommetje door Wylam en langs de Tyne en bekeken de oude spoorbrug die nu dienst doet als fiets- en voetgangersbrug.
In de plaatselijke pub Fox and Hounds deed de kok alle moeite het ons naar de zin te maken, wat we zeer konden waarderen.




Wylam-Corbridge
Vannacht had het geregend en ook vandaag zouden we een regendag hebben, maar dat hoort natuurlijk ook wel bij Engeland. Toen we na een lekker ontbijt vertrokken was het net droog. Een goed begin! We liepen een stukje terug over de Waggonway tot aan de afslag over de golfbanen richting Heddon-on-the -Wall. Het was nog even zoeken daar, maar uiteindelijk vonden we het toch, wat verscholen achter een heg: het eerste stuk overblijfsel van de Wall, een flink stuk meteen.Dat stond ons dus te wachten de komende dagen! Enthousiast liepen we verder, nog steeds zonder regen, parallel aan de beruchte Military Road. Er is echt alles aan gedaan om zo min mogelijk op die weg te lopen, overal zijn paden gemaakt over het land, met hindernissen in de vorm van hekjes en trapjes bij de vele stenen weide-afscheidingen. We werden getrakteerd op vergezichten met grote gele koolzaadvelden en witte bloeiende heggen die de weg uit het zicht hielden.
Met een fikse frisse tegenwind liepen we door, zoekend naar wat beschutting voor de lunch. Die beschutting kwam er bij het Whittle Dene natuurreservaat, in de vorm van een vogelkijkhut met banken en tafels. Ideaal! Na de lunch stapten we de wind weer in, op zoek naar de Robin Hood Inn, voor onze tweede stempel in het paspoort. We zagen schapen en lammetjes te over, ontluikend groen, bloesems, koeien met lentekriebels en een geelgors die wel even voor ons wilde poseren. De weiden lagen vol schapenvacht, waarmee we, in navolging van Herman Vuijsje(in:"Een grens van steen") een baard fabriceerden. We bereikten droog het doel van vandaag: Errington Arms. Hier zouden we de bus nemen naar ons slaapadres, maar eigenlijk was het nog best vroeg en konden we nog best wat lopen. Langs een minder fijne weg liepen we richting Corbridge en na een tijdje sloegen we links af, het bordje Aydon castle volgend. Na flink wat kilometertjes kwamen we toch wel enigszins vermoeid bij de mooie kasteelruïne aan. De beheerder was blij wat levende wezens te zien. We lieten onze rugzakken in vertrouwen bij hem achter en doolden door alle kamers en gangen van het kasteel. Nu werd het toch ineens erg donker en weer met de bepakking daalden we af door een mooi stukje bos richting Corbridge. Na het bosje trok het weer open. We vervolgden onze weg langs twee prachtige pottenbakkersovens af. In Corbridge namen we de trein naar Hexham, met 33 km op de teller, de beloofde regen was uitgebleven.
The Station Inn zou ons overnachtingsadres zijn voor de komende twee nachten.




Erringtons Arms-Chollerford
De bus bracht ons vanmorgen naar Errington Arms, daar waar we gisteren gebleven waren. We klommen meteen via een trapje het veld weer in en volgden de witte eikels, steeds genieten van de mooie omgeving. We zagen stenen van de muur in de vorm van de St. Oswald's Church en bij Planetrees kwamen we weer een flink stuk muur tegen. Hiervoor gingen we even van de route af. Nu was het nog een klein stukje over de weg naar Chollerford, waar we het Chesters Roman Fort bezochten en het Clayton Memorial Museum. We stempelden ons paspoort en namen na het bezoek de bus naar Hexham. Dit mooie plaatsje was zeker ook een bezoek waard. We bekeken de abdij van binnen en van buiten en dwaalden door het park en de straatjes.




Chollerford-The Sill
We lieten ons vanmorgen weer met de bus naar het Chesters Roman Fort brengen, waar we onze tocht voortzetten, alsmaar in westelijke richting.Vandaag en morgen zouden de meeste stukken muur te zien zijn en dat bleek ook al vlug zo te zijn. Stukken muur, torens en milecastles zagen we liggen in het prachtige landschap. De Temple of Mithras bereikten we via een klein drassig stukje. In dat weidse open landschap doemde af en toe een klein bosje op en één zo'n beschut bosje kwam als geroepen om er, gezeten op een stenen plaat, onze lunch te eten. We waren net op tijd klaar voor de volgende wandelaars, die dankbaar ons plekje overnamen.
Het landschap werd rotsiger en indrukwekkender naarmate we verder kwamen. De muur was hier gebouwd op de rotsen, we liepen erlangs met rechts van ons een steile afgrond. We genoten met volle teugen van de prachtige omgeving en stonden veel stil om rond te kijken en te fotograferen. Uiteindelijk kwamen we bij Housesteads Roman Fort dat we ook met een bezoek vereerden. Een stempel aldaar was onze beloning, voor we verder liepen langs nog veel meer muur, die zich af en toe eindeloos kronkelend in het landschap liet zien. Een geliefde rustplek bleek er te zijn bij de boom, bekend uit de film van Robin Hood. Wij besloten echter door te lopen, natuurlijk nadat ook wij een foto hadden gemaakt. Onder een stralend blauwe hemel klommen en daalden we verder, steeds weer verrast door een volgende klim. Het bergwandelgevoel was compleet.
De tocht eindigde vandaag bij bezoekerscentrum The Sill en omdat de bus net 5 minuten voor onze aankomst was vertrokken namen we ook nog de tijd om het bezoekerscentrum te bekijken. Een uur later hadden we wel de bus ,die met een ommetje via Vindolanda naar Haltwhistle reed, het geografische middelpunt van Groot Brittannië We checkten in bij Centre of Britain, aten daar en liepen 's avonds nog een ommetje langs een oude spprbrug.




The Sill-Lanercost
Om 9 uur stonden we bepakt bij de bushalte, klaar om ons terug naar The Sill te laten brengen. Snel zaten we weer op de route en we deden haasje over met een stel uit Haltwhistle, dat daar 5 km van de route ging lopen. De tocht voerde ons weer langs grote stukken muur, prachtig gelegen in het bergachtige landschap. De Walltown Crags maakten veel indruk, prachtig ook met het water in de omgeving. We passeerden de ruïne van Thirlwall Castle en verruilden Northumberland voor Cumbria.
Ook Cumbria bracht ons nog lange stukken muur. Bij de Willowford Bridge mochten we getuige zijn van een staaltje schapendrijven. Eén schaap met haar lammetjes was erg bang van de hond en werd zo naar de Irthing gedreven. De boer op zijn tractor moest eraan te pas komen om de schapen weer op het rechte pad te krijgen. Wij vervolgden ook ons pad, via de hedendaagse brug de rivier over. Birdoswald Roman Fort werd natuurlijk nog met een bezoekje vereerd, alles om maar zoveel mogelijk Wall te zien. Hier was ook weer een stempelplaats. Nog twee te gaan.
Het landschap was nu wat minder ruig, met veel schapen en af en toe koeien. De eerste honesty box kwamen we tegen, maar aangezien we zelf voldoende bij ons hadden lieten we de inhoud ongemoeid. De laatste torenrestanten van de Wall lagen op het stukje route richting Lanercost. Hiervoor moesten we steeds even van het pad af, het weggetje over. Rond half zeven kwamen we in Lanercost aan. Hier zouden we eten en slapen bij Abbey Bridge. De gastvrouw belde ons al ongerust op, omdat we om 7 uur verwacht werden voor het diner. Dat haalden we wel en even later zaten we met een ander Nederlands stel te steengrillen en ervaringen uit te wisselen. Zij liepen de route andersom.




Lanercost-Carlisle
We bekeken vanmorgen als eerste even de abdij, want daar was de avond ervoor geen tijd meer voor geweest. Daarna zochten we de route weer op en liepen richting Carlisle. Muur zouden we niet meer zien, wel de stenen ervan, waar onder andere kerkjes mee gebouwd waren. Het landschap was vriendelijk glooiend, maar toch nog ruig genoeg om een aardige waterval tegen te komen. De koeien zochten op deze warme dag verkoeling in de modderplas en wij zochten verkoeling in de vorm van een extra flesje water, gekocht bij een honesty box. Op deze warme dag konden we wel wat extra water gebruiken en gezien het chloorgehalte van het kraanwater in Engeland kochten we steeds flessen water in de winkel.
We bereikten de rivier Eden en volgden deze. Rickerby verrastte ons nog met een bijzondere, achtkantige, Victoriaanse toren, midden in een weiland. Via de Spenny Bridge bereikten we The Sands Centre. Tijd voor een verfrissend ijsje en een stempel in het paspoort. Te oordelen naar de voeten van drie Wall-loopsters die we al vaker gezien hadden deze week, waren wij nog goed fit. Op blote voeten die helemaal afgeplakt waren met pleisters bereikten zij de stempelplaats iets minder florissant. Wij liepen al snel weer door, want we wilden graag nog wat van Carlisle zien. We bezochten als eerste het kasteel, waar we onze bepakking ook weer even in bewaring mochten geven. Door het centrum liepen we vervolgens naar de kerk, waar we binnen een kijkje namen. Via de markt kwamen we bij de Citadel. Hier hield het interessante gedeelte van Carlisle op en vervolgden wij onze weg tot het Milton Hilltophotel. Prima voor een nacht, maar veel minder aantrekkelijk dan een knus klein guesthouse.




Carlisle-Bowness-on-Solway
Het zou weer een stralende dag worden dus vertrokken we zo snel mogelijk voor de laatste etappe. We gingen nog een stukje langs de Eden tot aan Grinsdale.In Beaumont bekeken we het kerkje St. Mary's, gebouwd van Wallstenen en omgeven door oude grafstenen. Ook in Burgh by Sands liepen we een rondje om de kerk. Een eind verder mochten we via een wildrooster het natuurgebied in van de Solway firth. De waarschuwingen voor hoogwater waren niet van toepassing, de voeten zouden hooguit wat vochtig van het zweet worden. De koeien liepen er over de weg, zich weinig aantrekkend van de soms idioot hard rijdende auto's. Vanwege die auto's kozen wij voor het pad bovenop het dijkje, waar we meteen ook een mooi uitzicht hadden op het gebied aan de andere kant van die dijk. We genoten van de uitzichten en de koeien en rustten nog wat uit in een bushokje. We kwamen steeds dichter bij het water en aan de overkant konden we Schotland ontwaren. Bij Drumburgh kwamen we weer in de bewoonde wereld en bij Glasson mochten we nog even van de weg af.Omgeven door bremstruiken kwamen we steeds nader bij ons einddoel. Port Carlisle was duidelijk voorbij zijn gloriejaren. Er stond hier maar weinig water, een bootje lag er treurig bij op het droge, wachtend op water. Een mijl voor het eindpunt hadden we een gezellig praatje met Roger, die daar speciaal voor de Wall-walkers bij een richtingbord zit. Hij maakte een originele foto van ons en daarna liepen we vrolijk naar de finish. Wat een mooi plekje om uit te komen! We zetten de laatste stempel en lieten ons op de foto zetten door een vrouw uit Australië, die later onze huisgenoot bleek te zijn. We meldden ons in het Wallsend Guesthouse, gelegen naast de St. Michael's Church. We werden ontvangen met koffie, thee en vruchtenkoek en kletsten met twee Oostenrijkse huisgenoten. Het certificaat kon getekend worden en Yvette schafte ook een Wall-T-shirt aan. Gegeten werd er in de plaatselijke pub, Kings Arms. 's Avonds genoten we aan de Solway van een prachtige avond. Wat een mooi einde van een prachtige tocht!




De terugweg
Na een goede nachtrust namen we afscheid en stapten we in de bus naar Carlisle. Ook bussen nemen het niet zo nauw hier. Over de vrij slechte en smalle weggetjes werd flink tempo gemaakt. We waren dan ook blij toen we er in Carlisle uit konden en de bus konden verruilen voor de trein. Die bracht ons naar Newcastle, vanwaar we met de metro uiteindelijk weer bij de boot arriveerden. Een mooie zonsondergang sloot een fijne vakantie op een heel mooie manier af.