NL/Pruisen: 51 - 1
De eerste grensstenen van de oorspronkelijke grens tussen de Nederlanden en Pruisen staan op het gedeelte dat tegenwoordig de grens tussen Luxemburg en Duitsland is.
Op het drielandenpunt bij Ouren komt de oude Pruisische grens vanuit Gouvy (nu is dit de grens Luxemburg-België) en de "nieuwe" Belgisch-Duitse grens komt hier vanuit de richting Vaals.

Deze pagina beschrijft de grens vanaf het drielandenpunt naar het zuiden, waar die bijna helemaal gevormd wordt door rivieren.
Van noord naar zuid achtereenvolgens de Our, de Sûre en de Moezel. Alleen rond Vianden loopt de grens een stuk over land.

Vermeldenswaardig is dat deze grens een condominium is, een unieke situatie waarbij de grens onder gemeenschappelijk beheer staat.
De grens ligt dus niet in het midden van de rivier, zoals meestal het geval is, maar op de oevers. In feite is de oostelijke oever de grens van Luxemburg en de westelijke oever de grens van Duitsland.
Voor de grensmarkeringen maakt dat technisch gezien niet zoveel uit, net zoals langs andere rivieren het geval is staan er meestal twee grenspalen tegenover elkaar.
Hier dan echter meestal met de letter "L" aan de ene kant en de letters "LD" aan de andere kant, of "D" en "DL" aan de Duitse zijde.
Wat verder nog van belang is, is dat de grenspalen langs de rivier (hoewel oorspronkelijk genummerd van 1 t/m 51) lang niet allemaal meer op de originele plaats staan.
De meeste stenen dateren waarschijnlijk van na het grensverdrag van 1984 en zijn dus niet zo oud.
Een uitzondering zijn de stenen rond Vianden, tevens het enige stukje landgrens tussen Luxemburg en Duitsland, daarover later meer.

Vanaf het drielandenpunt bij Ouren staat het eerste paar grenspalen zo'n 4 rivierkilometers verderop.
Op 13 oktober 2023 maak ik met Suzanne een mooie wandeling van zo'n 9 kilometer vanaf het plaatsje Kalborn. Daarbij komen we langs de locatie van de Luxemburgse paal.
Dichterbij parkeren is ook mogelijk, vanaf de Moulin de Kalborn is het maar een paar honderd meter lopen.
De Luxemburgse paal is goed te vinden, de Duitse paal kan ik vanaf hier niet zien. Volgens de door mij geprikte locatie vanaf de kaart zou hij iets verder naar links moeten staan.
Is wellicht nog eens een toekomstig bezoekje waard.
Op 4 oktober 2023 maak ik een wandelingetje rond Dasburg/Rodershausen. Dat is zo'n 16 riviergrenskilometers onder het drielandenpunt.
Aan de Luxemburgse zijde van de Our vind ik vandaag mijn enige grenspaal. Nabij een weggetje dat langs de camping af naar de rivier loopt.
Aan de overzijde staat mogelijk ook een paal, maar dat is privéterrein waar ik niet ben gaan zoeken. Ik kon hem in ieder geval niet zien vanaf de Luxemburgse zijde van de rivier. De brug bij Dasburg is voorzien van borden waarop het condominium wordt aangeduid. De grenspalen zijn hier niet zo eerlijk verdeeld, want slechts een kilometer verderop zou het palenduo 49 moeten staan.
Ik heb beide niet kunnen vinden. Aan de Luxemburgse zijde waren twee hondjes bijzonder irritant aan het blaffen, waardoor ik niet heel lang heb gezocht.
De brug ziet er wel anders uit dan op de referentiefoto uit 2003 van Jannis Deeleman en Eef Berns die ik heb gezien. Het bovengedeelte lijkt compleet vervangen.
Aan de Duitse zijde zoek ik ook niet heel uitgebreid, dat lijkt privéterrein te zijn.
Ik begon mijn grenspalentocht eigenlijk een paar dagen eerder, op 1 oktober 2023. Ik liet mij toen door de bus afzetten in Stolzembourg.
Circa 15 rivierkilometers vanaf het vorige palenduo staan daar de palen 48. De Luxemburgse paal staat op de parkeerplaats van een energiecentrale.
Ik was hier op een zondag. Toen ik hier op woensdag weer langs kwam stond het er vol met auto's.
De Duitse paal staat er recht tegenover en gelukkig is er een voetgangersbrug vlakbij.
De Our is hier in feite een meer geworden sinds de bouw van de pompcentrale rond 1960. Vlakbij de grenspaal is een bezoekerscentrum waar je een blik kunt werpen op de turbines die het water naar een hoger gelegen bekken pompen. Een kilometer voor het stuwmeer eindigt bij een dam eindigt het eerste condominium. Rond Vianden bevindt zich namelijk het enige stukje landgrens tussen Duitsland en Luxemburg.
Aan de westzijde onder de brug staat nog de laatste L/LD paal aan de Luxemburgse zijde van de Our voor nu.
Daar tegenover staat de Duitse paal 47. Deze is met een omweg bereikbaar en staat wat lastig op de helling, die hier onder meer vanwege het stuwmeer onnatuurlijk steil is. De reden voor een grens over land rond Vianen was aannemelijk dat Vianden geheel Luxemburgs moest blijven.
Rond Vianden zijn daarom veel meer grenspalen geplaatst dan aan de rest van de Duits-Luxemburgse grens.
De stenen die hier te vinden zijn lijken een stuk ouder. Hoe oud precies weet ik niet, maar aannemelijk dateren ze van vóór de Tweede Wereldoorlog, aangezien er op deze stenen steeds een L en P (van Pruisen) vermeld staan.

Vanaf de Our klimt de grens meteen stevig omhoog en al snel kom ik erachter dat er ook tussenstenen bestaan. Ik kom namelijk een steen tegen met de inscriptie IV. Vlak daarna gaat het pad verder over de bergrug, waarover een spectaculair pad is aangelegd.
Een mogelijke steen III zie ik over het hoofd, maar ik kom wel de stenen II en I tegen onderweg naar steen 46, hetgeen mijn vermoeden bevestigd dat dit daadwerkelijk tussen-grensstenen zijn.
Paal 46 is de eerste van een vrij succesvolle reeks palen hier in de bossen rond Vianden. Onderweg naar grenspaal 45 kom ik ook weer een drietal tussenstenen tegen. Ik loop het laatste stuk over een weiland langs een bosrand, waar vermoedelijk nog een aantal stenen staan die ik echter niet kan vinden.
Grenspaal 45 staat daarentegen midden in het gras, vlakbij een verrijdbaar karretje dat men gebruikt om wild af te schieten. Bij grenspaal 44 word ik voor het eerst geconfronteerd met de vele bramenstruiken, waar ik nochtans voor gewaarschuwd was. Deze paal staat gelukkig nog dicht bij het pad, niet ver van grenspaal 45. Ik kies een pad in de richting van grenspaal 43 waar ik tegen het einde redelijk wat spijt van krijg. Zo'n 200 tot 300 meter voor de grenspaal is het pad volledig dicht gegroeid. Ik vecht me er een weg door, want een alternatief is er niet echt. Beide zijden zijn nog veel erger dichtgegroeid met bramenstruiken. Het is een opluchting als ik de bosrand bereik, waar ik nog een steile klim mag maken richting grenspaal 43. Grenspaal 42 staat een klein stukje verderop langs de akkerrand. Nog een klein stukje verderop steekt een weggetje de grens over. Heel verwelkomend ziet Luxemburg er niet uit. De grens kruist nu een weide in een rechte lijn, om bij grenspaal 41 een Duitse weg aan te tikken.
Daar knikt de grens weer 90 graden en iets verderop langs de rand van de weide staat dan paal 40. Aan de weiderand tussen de grenspalen 40 en 39 tref ik een paaltje met de inscriptie 208. Voor mij op dit moment nog een raadsel wat de betekenis hiervan is, maar een dag later beredeneer ik dat dit wellicht paaltjes zijn die de grens van het Kammerwald aangeven. Hierover later meer.
Bij grenspaal 39 begint de bramenellende echt. Het is een wonder dat ik de paal nog vrij snel vind. Grenspaal 38 is dan weer vrij makkelijk te bereiken, hoewel die ook tussen de bramen staat. Onderweg naar de volgende paal tref ik een bordloze grensovergang aan.
Grenspaal 37 is weer een stuk moeilijker te bereiken.
Ik daal af door het bos dat ook hier door bramen wordt gedomineerd.
De paal staat tegen een weide aan, het zou eigenlijk geen slecht idee geweest zijn de paal vanaf de weide te benaderen.
Na grenspaal 37 wandel ik naar Vianden, want daar heb ik een aantal nachten een hotel geboekt.
Ik ben vandaag ondanks het soms zware terrein al een heel eind verder gekomen dan ik verwacht had.
De volgende ochtend, op 2 oktober 2023, vervolg ik mijn grenstocht. Ik loop vanuit Vianden een flink eind om naar de locatie van grenspaal 36. Er zijn niet echt alternatieve routes vanuit het dorp.
Grenspaal 36 is waarschijnlijk verdwenen. Het is de enige paal rond Vianden die ik uiteindelijk niet zal kunnen vinden.
Tegenover de locatie van grenspaal 36 tref ik weer een klein paaltje aan met de inscripties KW en 196. De grens volgt nu een weiland, dat ik via de bosrand volg. Het eerste stuk gaat dat nog prima. Ook nu tref ik langs de bosrand weer veel tussensteentjes aan. Op de meesten kan ik enkel het opschrift KW lezen, maar de puzzelstukjes beginnen in elkaar te vallen.
De paaltjes lijken vrijwel alle hoeken die de grens maakt te markeren, en nummeren in dezelfde richting als de grenspalen.
Of KW daadwerkelijk voor Kammerwald staat weet ik niet zeker, maar het lijkt mij een aannemelijke theorie.
Ik kon enkel de nummers 186 en 181 lezen, maar beredeneerde op basis van mijn theorie de andere paalnummers. Bij het paaltje dat volgens mijn theorie KW 182 moet zijn tref ik twee stenen aan. Waarom is mij onduidelijk. Ik kom ook een poortje tegen dat al lang niet meer in gebruik lijkt.
Er staat nog een Duitse paal ter markering van de grensovergang.
Aam Luxemburgse zijde nog steeds het weiland, aan Duitse zijde is dat wat ooit het pad geweest moet zijn volledig dichtgegroeid met onder andere bramenstruiken. Paal 33 is lastig te bereiken. Ik volg nog steeds het weiland, maar de strook tussen het dichtgegroeide bos en het weiland is nu nog maar heel smal.
Aan het einde van het weiland staat grenspaal 33 in een moeilijk hoekje.
Ik kan geen andere manieren vinden op weg te komen van deze plek, anders dan dezelfde route een eind terug te volgen. Dankzij mijn omweg naar grenspaal 32 kom ik de Königseiche tegen, een oude eik die veel aangeprezen wordt in de diverse wandelroutes die hier lopen.
Bij paal 32 werkt mijn tactiek om zo lang mogelijk op het pad te blijven tegen me, die staat nét aan de andere kant van een diep dalletje. Dankzij mijn foute inschatting bij grenspaal 32 besluit ik nu wel eerst via grenspaal 30 naar grenspaal 31 te lopen. Daar zie ik dat ik er van de andere kant niet had mogen komen, omdat men bezig is met boswerkzaamheden.
Die zaaggeluiden had ik net al gehoord, maar de activiteiten interfereren gelukkig niet met mijn grenswandeling.
Hopelijk komt men nabij de hut die naast grenspaal 31 staat ook nog eens wat Baumfällungen uitvoeren, want het uitzicht is nu wat matig. Tussen grenspalen 31 en 30 staat een gek tussenpaaltje, met nummer 161.
Qua nummering past die precies tussen de KW-paaltjes, maar dit is een nieuw exemplaar dat bovendien voorzien is van de letters D en L.
Grenspaal 30 staat net naast het pad, de grens verlaat het pad hier weer en gaat vanaf hier naar beneden. Opmerkelijk aan de KW paaltjes is dat de nummering doorloopt door de reguliere grenspalen heen.
Zo telt grenspaal 30 ook als KW 160 en tellen grenspaal 29 en 28 als resp. 158 en 157, volgens mijn theorie althans. Het is een leuk stukje bos, de grens verloopt hoekig, dan weer vlak over iets wat een pad geweest lijkt te zijn, dan weer steil de berghelling af of op. Op elk hoekje staat een KW paaltje, daartussenin de Pruisische grenspalen. KW-paaltje 147 is opmerkelijk genoeg ook een nieuw exemplaar, voorzien van de letters L en D. Daarnaast ligt nog de oude paal. Ik mis overigens ook de nodige KW-paaltjes. Of deze verdwenen zijn of niet meer bestaan weet ik niet. Het maakt het wel des te opmerkelijker dat juist paaltje 147 voorzien is van een nieuwe steen. Blijkbaar bekommert iemand zich toch om het lot van de grensmarkeringen. KW-paal 141 is voorzien van de letter M, onder het nummer. Wat daar de betekenis van is ontgaat me. Grenspaal 23 was de laatste in het leuke bos. Vanaf hier verlaat ik de grens even, omdat ik niet wil sterven. De grens gaat hier namelijk over een loodrechte wand naar beneden om bij de weg uit te komen.
Dit is de belangrijkste grensovergang van Vianden naar Duitsland. Er staan drie palen vlakbij elkaar. Dit zijn weer nieuwere palen.
Paal 22 en 21 staan aan de bergzijde van de straat. Paal 20 staat aan de rivierkant van de straat, verstopt achter een muurtje bovenaan een steile afgrond. Aan de overkant van de Our staat grenspaal 19, op een camping. Vanaf hier volgt de grens weer de Our en begint er weer een condiminium.
Aan het einde van de dag op 2 oktober 2023 maak ik nog een lange wandeling van Reisdorf naar Bettel. Daarbij volg ik de N10, die momenteel een fijne wandelroute is omdat deze vanwege werkzaamheden afgesloten is voor autoverkeer. Ik kom zelfs een paar reetjes tegen, die heel rustig de weg oversteken. Qua grenspalen is de 7 kilometer lange wandeling minder succesvol. Ik kan de Luxemburgse grenspaal 18 niet bereiken vanaf de straat. Het paadje dat hier naar de rivier loopt is hermetisch afgesloten en in de weiden er omheen staan nog diverse dieren. De weide loopt bijna 700 meter lang door naar het noorden en dan vind ik het te ver om nog terug te proberen te lopen, gezien de tijd van de dag.
Op 9 oktober 2023 probeer ik het vanaf de Duitse zijde. De paal aan die zijde kan ik niet vinden, maar ik kan nu wel de Luxemburgse paal spotten, al valt dat niet mee.
Per toeval zie ik hem omgevallen aan de overzijde aan de bosrand liggen.
Eerder op 2 oktober 2023 bracht de bus me naar Wallendorf, waar de Our in de Sûre stroomt. Vanaf hier naar het zuiden vormt de Sûre de grens, eveneens als condominium.
Aan het einde van de Our staan aan weerszijden van de rivier twee palen met nummer 17.
De brug ten noorden ervan is weer voorzien van een bord waarop het condominium wordt uitgebeeld.
Aan de zuidkant van de Sûre zou grenspaal 16 moeten staan. Die kan ik helaas niet vinden. De brandnetels staan hier hoog.
Het duurt weer 13 rivierkilometers voor we de volgende palen tegenkomen. Die staan aan weerszijden van een voetgangersbrug over de Sûre, bij het plaatsje Weilerbach. Ik wandel over de Duitse zijde naar Echternach, waar in een markante bocht de palen met nummer 14 staan.
Toen ik hier twee jaar geleden was, was het mooie park een ravage na het hoge water. Lantaarnpalen waren kromgebogen en de beplanting vernield.
De grenspaal heeft hier ogenschijnlijk geen last van gehad. Nog een laatste stop maak ik vandaag bij het grenspalen duo 13, een paar kilometer verderop in het plaatsje Steinheim.
Ik heb de locatie van deze palen geschat op basis van een oude kaart, ze zouden in de buurt van de monding van de Prüm moeten staan.
Aan Luxemburgse zijde is dat privéterrein, dus daar kan ik niet uitgebreid zoeken.
Aan de Duitse zijde is de oeverbegroeiing welig en vinden bovendien uitgebreide werkzaamheden plaats rond de brug.
Beide grenspalen kan ik helaas dus niet vinden.
Op 9 oktober 2023 stoppen we nabij de locatie van grenspaal 12. Deze is al lang niet gevonden, en mijn verwachtingen om hem te vinden zijn niet zo hoog.
Toch zoek ik even tussen het hoge gras, waar hij waarschijnlijk gestaan zou moeten hebben.
Ik kan hem volgens verwachting echter niet vinden, en ook de paal aan de Duitse zijde kan ik niet spotten vanaf hier.

De volgende grenspalen staan in Wasserbillig. Dit is het laagste punt van Luxemburg, de Sûre stroomt hier in de Moezel.
Op 10 oktober 2023 bezoeken we de beide grenspalen met nummer 11.
De ene staat aan de Luxemburgse zijde, de andere daar tegenover aan de Duitse zijde.
Grenspaal 10 is enkel uitgevoerd, aan de zuidoever van de Moezel in Oberbillig. Hier zijn we op vakantie, maar maak ik pas op 11 oktober 2023 een foto.
Op 12 oktober 2023 loop ik langs grenspaal 9 af, één van de laatsten die ik nog moest. Je kunt hier niet echt handig parkeren, dus heb ik me laten afzetten in Temmels en loop ik nu terug naar Oberbillig.
De Luxemburgse paal staat op fabrieksterrein en is niet te bereiken, maar wel goed te herkennen vanaf de overkant.
Op 10 oktober 2023 brachten we een bezoekje aan Grevenmacher. Hier zou grenspaal 8 moeten staan, maar die lijkt vrijwel zeker verdwenen bij de aanleg van de busparkeerplaats.
Aan de overkant spot ik wel de Duitse paal 8. Die bezoek ik daadwerkelijk op 31 augustus 2024.
De avond ervoor bracht ik nog een hernieuwd (maar nog altijd tevergeefs) bezoek aan de locatie van de Luxemburgse steen 8.
Er hangt een oude foto aan de muur waarop de grenspaal wel herkenbaar lijkt.
Op 12 oktober 2023 rijden we aan de Luxemburgse zijde langs de palen 1 t/m 7 af.
Ik vermoed dat de Luxemburgse paal 7 ook verdwenen is, de weg is hier gereconstrueerd en op de plaats waar ik heb hem oude Streetview beelden zie staan staat hij niet meer.
Aan de Duitse zijde herken ik vanaf hier ook geen paal.
Op 13 april 2024 zoek ik aan de Duitse zijde, maar ook daar kan ik de paal niet vinden.

Dankzij een tip van Rob Vaessens ontdekte ik dat er nog ten minste 5 écht historische grenspalen aanwezig zijn in deze omgeving.
De nummering van de huidige grenspalen komt niet overeen met de historische palen; de originele grenspalen 8 stonden zo bijvoorbeeld tussen de huidige grenspalen 7 en 6 in.
De beide historische palen 8 zijn nog aanwezig. Ik spotte ze al eens vanuit de trein, maar op 30 augustus 2024 kan ik in ieder geval de Duitse echt bezoeken.
Het is een mooie steen, voorzien van een hoogwateraanduiding.
De Luxemburgse paal 6 staat in Wormeldange. Ook deze kan ik niet vinden op 12 oktober 2023, maar deze zou er best nog kunnen staan. Het is er alleen flink begroeid.
De Duitse paal aan de overkant kan ik wel spotten vanaf hier. Op 30 augustus 2024 kan ik ook een foto maken vanaf de Duitse kant. Er staat echter wel een hek tussen paal en weg.
Paal 5 in Hëttermillen is vrijwel zeker verdwenen, ik maak me er vanaf met een snelle foto vanuit de rijdende auto.
De Duitse paal is wel nog aanwezig, maar moet ik nog een keer bezoeken. Paal 4 staat in Stadtbredimus en is niet over het hoofd te zien. Aan de Duitse zijde herken ik echter geen paal.
Tijdens mijn eerste bezoek herkende ik vanaf de Luxemburgse zijde geen paal aan de Duitse zijde.
Op 3 maart 2024 sta ik na afloop van een Moselsteigetappe aan de Duitse zijde, waar de paal mooi aanwezig blijkt te zijn.
Paal 3 staat in het noorden van Remich. De tegenovergelegen Duitse paal markeert ook de grens tussen Rheinland-Pfalz en Saarland. Beide fotografeerde ik vanaf de Luxemburgse zijde op 12 oktober 2023

De originele grenspalen 5 stonden tussen de huidige grenspalen 3 en 2 in.
Hiervan is de Duitse paal nog aanwezig. Deze staat tegenover Remich, naast het "Rothaus", een rood huis.
Ik bezocht deze paal op 4 maart 2024
Grenspaal 2 is in Bech-Kleinmacher te vinden. Het is een klein paaltje, en de laatste nog aanwezige paal tot aan het drielandenpunt in Schengen, zo lijkt het althans. Deze paal bezocht ik weer op 12 oktober 2023 Grenspaal 1 staat niet bij het drielandenpunt, maar op een schiereilandje een dikke twee kilometer noordelijker.
Stond, moet ik eigenlijk zeggen, want hij is de laatste jaren niet meer aangetroffen.
Ook ik kan hem met mijn gebrekkige materiaal niet vinden.
Misschien nog eens terug komen met een spade en/of onderwatercamera.
Het is wel een mooi plekje. Aan de Duitse zijde spot ik ook geen paal vanaf hier.

De originele Nederlands-Pruisische grens eindigt in Schengen, waar nu nog steeds het drielandenpunt Luxemburg - Duitsland - Frankrijk is.
Grenspaal 1 staat hier echter niet (meer).
Er staat wel een paal die de vorm van een grenspaal heeft, maar niet voorzien is van enige markering.
Ik nummer het drielandenpunt daarom maar even als "0".
Er ligt tegenwoordig een boei in de Moezel, maar die duidt het drielandenpunt ook niet exact aan.
Ik bezocht het drielandenpunt in Schengen al in 2013.
Toen wees ik weliswaar precies naar de locatie waar nu de Schengen-boei ligt. Hier eindigt de historische Nederlands-Pruisische grens, en de huidige Luxemburg-Duitse grens.
Vanaf het drielandenpunt is de Moezel in zuidelijke richting de grens Luxemburg - Frankrijk. Hier is de thalweg van de Moezel de grens en vormt de rivier geen condominium meer.
Aan de overzijde van de Moezel begint de grens tussen Duitsland en Frankrijk. Direct aan de overzijde van de Moezel staat de eerste grenssteen, die in zekere zin dus ook het drielandenpunt markeert.